The Paradine Case

Gewoon
The Paradine Case
1947
langspeelfilm
109 minuten
drama
genomineerd

acteur/actrice (10)

Alida Valli
Ann Todd
Louis Jourdan
Valli
Joan Tetzel
Isobel Elsom

regisseur (1)

producent (1)

David O. Selznick

director of photography (1)

scenarist (1)

David O. Selznick

beeldmonteur (1)

productieontwerper (1)

artdirector (1)

kostuumontwerper (1)

Travis Banton

componist (1)

De laatste film die Hitchcock met producent David O. Selznick draaide is minder geslaagd dan Rebecca en Spellbound. En moet ook de duimen leggen tegen het door Selznick aan RKO verpatste Notorious. Als rechtbankdrama heeft The Paradine Case zeker kwaliteiten, maar narratief verrast het te weinig om een verschil te maken met pakweg Agatha Christies Witness For The Prosecution en de adaptaties daarvan.

Het script is gebaseerd op de gelijknamige uit 1933 stammende roman van Robert Smythe Hichens. Een script waar zowel Alma Reville, James Bridie als Ben Hecht aan meeschreven en waarover Selznick het laatste woord had. Selznick bezat de filmrechten al toen hij nog bij MGM resideerde, en hij wou de film toen al maken met Greta Garbo in de rol van een vrouw die er wordt van beschuldigd haar blinde echtgenoot te hebben vermoord. Een logische voorkeur, daar Hichens liet optekenen dat hij het personage in zijn roman naar Garbo had gemodelleerd. Garbo had echter meer zin in een vervroegd pensioen dan in een rol van (potentiële) moordenares en weigerde de rol, ongeveer op hetzelfde moment dat ze ook de hoofdrol voor I Remember Mama afwees.

Selnzick bleef met het project spelen en op een bepaald moment doken de namen van John Barrymore, Lionel Barrymore en Diana Wyngard in de cast op. Het script werd een paar keer aangepast onder druk van het censuurdrukkende Hays Office, waar ze vooral moeite hadden met de zelfmoord aan het eind. Na de nodige omwegen kwam het project bij Hitchcock terecht en die castte Laurence Olivier in de rol van de advocaat die de van moord beschuldigde vrouw moet zien vrij te pleiten. De rol belandde uiteindelijk bij Gregory Peck omdat Olivier het te druk had met de voorbereiding van zijn filmversie van Hamlet. De Garbo-rol werd na veel vijven en zessen ingevuld door Alida Valli, die toen al heel populair was in Italië en op het punt stond door te breken in Hollywood.

Hitchcock bleek niet veel zin te hebben in The Paradine Case en ook de bemoeienissen van Selznick was hij beu. Om het met de woorden van Peck te zeggen: Hitch seemed really bored with the whole thing. Verveeld of niet, Hitchcock deed wel zijn best om zijn stempel op de film te drukken. De Old Bailey rechtszaal waar een groot deel van de plot zich afspeelt werd heel gedetailleerd nagebouwd in de opnamestudio’s in Culver City voor een prijskaartje van zo’n vierhonderdduizend dollar. Hitchcock experimenteerde tijdens de rechtbankscènes met vier camera’s, met elke camera gefocust op een specifiek personage. Deze experimentele cameravoering gekoppeld aan lange opnames bleken een goede voorbereiding op het in onafgebroken opgenomen scènes gefilmde Rope dat een jaar later zou volgen. Of hoe ‘minst interessant’ in het oeuvre van Hitch nog altijd synoniem staat met cinematografisch vernuft.

Al is het uiteindelijke resultaat zeker niet volledig Hitchcocks visie: Selznick boog zich bijna despotisch over de postproductie, montage en soundtrack. Hij kwam ook met zeventien potentiële titelveranderingen voor de dag vooraleer uiteindelijk toch maar de titel van het boek te behouden. Een beslissing die hij luttele uren nam voor de avant-première in Los Angeles. Die versie duurde 132 minuten. Selznick kortte de film verder in voor de première in New York een week later, en het is die versie die meteen de officiële werd. In 1980 ging de oorspronkelijke versie trouwens verloren door waterschade, wat de kans op een restauratie van die langere versie virtueel onmogelijk maakt.

Alex De Rouck


Oscars ® 1948 Beste actrice in een bijrol Genomineerd Ethel Barrymore