San Andreas
verdeler
acteur/actrice (15)
regisseur (1)
producent (1)
Alles komt terug, voor zover het ooit is weggeweest. Vraag dat maar – via een medium of ouijabord welteverstaan – aan master of disaster Irwin Allen die in het hiernamaals kirrend de horlepiep danst bij het zien van de hedendaagse stroom Hollywoodrampenfilms. En het is lang niet alleen Roland Emmerich die de herinnering aan “The Poseidon Adventure”, “The Towering Inferno”, “Fire”, “Flood”, “The Swarm” en “When Time Ran Out” levend houdt. Zo bracht New Line vorig jaar het teleurstellende “Into The Storm” uit waarin een orkaan hoogstens voor een cinemabriesje zorgde. In “San Andreas” trekt de studio meer registers open: San Francisco en omstreken vallen immers ten prooi aan twee mega-aardbevingen en een tsunami. Een heftige drievuldigheid die het uit 1974 stammende “Earthquake” op een papier-machéwerkstukje doet lijken.
Regisseur van “San Andreas” is Brad Peyton, een zevenendertigjarige Canadees die met zijn vorige films (“Cats And Dogs: The Revenge Of Kitty Galore” en “Journey 2: The Mysterious Island”) weinig potten brak. In die optiek is “San Andreas” sowieso een mooie stap voorwaarts. Samen met een garnizoen scenaristen en script doctors – blijkbaar was er nogal wat volk nodig om een simpel aardbevingsverhaaltje in de juiste plooien te krijgen – volgt hij de Irwin Allen-rampenblauwdruk nochtans heel nauwgezet. Zij het zonder in te zetten op een all-star cast. De spierballen van Dwayne 'The Rock' Johnson volstaan duidelijk om volk op de been te brengen. Na een week wereldwijde release was meteen duidelijk dat “San Andreas” een dikke hit was. Het bioscooppubliek krijgt duidelijk niet genoeg van scenario’s waarin (een deel van) de wereld ei zo na vergaat. Ramptoeristen, dat zijn wij.
In “San Andreas” gaat de befaamde San Andreas Fault – een breuklijn die langs de Noord-Amerikaanse westkust loopt – aan het schuiven waardoor San Francisco te kampen krijgt met de schoonmoeder van alle aardbevingen. Johnson kruipt in de huid van Ray Gaines, een brandweercommandant uit Los Angeles, die in de proloog al meteen mag laten zien uit welk hout hij is gesneden als het aankomt op het redden van mensen uit penibele situaties. Dat de blondine die hij uit een wegschuivende auto redt oliedom is – sms’sen in een bocht langs de kant van een ravijn is niet meteen bijster slim – zien we gemakshalve door de vingers. Gaines maakt zich op voor een weekendje samenzijn met dochter Blake (Alexandra Daddario, bekend uit de “Percy Jackson”-films, de HBO-reeks 'True Detective' en Joe Dantes “Burying The Ex”) maar een aardbeving in Los Angeles steekt daar een stokje voor. Uiteraard bevinden zowel Rays dochter als zijn vrouw Emma (Carla Gugino) - van wie hij op het punt staat te scheiden - zich in San Francisco als de échte beving daar plaatsvind. Waarop Gaines zich met zijn helikopter in het rampgebied moet wagen om er zijn bijna-ex en zijn dochter van tussen het puin te vissen. Eveneens uiteraard: onderweg worden alle huwelijksprobleemplooien gladgestreken en komt iedereen in het reine met het eerdere overlijden van dochter nummer twee die verdronk tijdens een kajaktocht.
Nauwelijks vet aan de verhaaldarmen dus, en “San Andreas” zet vooral zwaar in op de effecten: opzienbarend CGI-werk – de Golden Gate brug gaat letterlijk kopje onder – wordt afgewisseld met potente miniaturen en stuntwerk op levensechte schaal zodat niemand achteraf kan zeggen dat de effecten er toch een beetje plat uitzagen. Qua spektakelwaarde biedt “San Andreas” wat iedereen ervan verwacht. Het probleem is dat wat iedereen ervan verwacht net dat is wat iedereen al vele keren eerder heeft gezien. Is het niet in het oeuvre van Emmerich, dan vast wel in een verwoestende superhelden- of monsterfilm. En die déjà-vu wil of kan Peyton niet doorbreken. Integendeel: door Paul Giamatti te casten als wetenschapper die de verwoestende aardschokken voorspelt, doet hij zelfs een extra duit in het clichézakje.
Wat rest is een ontzettend rudimentaire prent die er net in slaagt om aan de goede kant van ‘dom’ te blijven. Met dank aan de fysicawetten tartende verbeelding – Johnsons helikopter blijft wel heel lang stabiel hangen zonder piloot terwijl op luttele meters een wolkenkrabber instort – en aan de keuze van Peyton en co om geen tijd te verliezen met overbodige tierlantijntjes. Zo schittert de Amerikaanse president alvast door afwezigheid en ook de wapperende vlaggen zijn tot een minimum beperkt. Waarvoor dank.
29-05-2015 | Plaats 1 | $ 54.588.173 |
05-06-2015 | Plaats 2 | $ 25.839.225 |
12-06-2015 | Plaats 3 | $ 10.812.387 |
19-06-2015 | Plaats 4 | $ 8.706.339 |
26-06-2015 | Plaats 6 | $ 5.402.416 |
03-07-2015 | Plaats 8 | $ 2.824.063 |