Ten tijde van de grote goudkoorts kwamen honderden goudzoekers hun geluk zoeken in Alaska. Hun na?eve droom veranderde gauw in een onverbiddelijke strijd met de natuur... Een overlevingsstrijd die in het gure klimaat van het hoge noorden heel wat kracht, moed, doorzettingsvermogen en... veel geluk vergde.
Het geluk is echter niet voor Scott Conroy weggelegd. Deze goudzoeker, die van ontbering is gestorven, laat zijn zoon Jack niets meer na dan een bouwvallige hut en een onproduktieve mijn. Maar hij geeft hem wel enkele kostbare eigenschappen mee : een droom, die geen enkele mislukking of ontgoocheling kan tenietdoen, en een avonturiersgeest, die Jack zal meeslepen in een fantastische en onvergetelijke reis...
Om de gevaarlijke tocht naar de familiemijn te ondernemen, huurt de jongeman een gids in : Alex Larson, een eenvoudige, nogal ruwe en zwijgzame man, die stilaan maar zeker een trouwe vriend en reisgezel wordt.
Tijdesn een halte in een Indiaans dorp ontdekt Jack de wat schuwe maar trotse wolfshond 'White Fang' of 'Wittand', wiens intelligentie en waardigheid nieuwsgierigheid en sympathie wekken. Het is een begin van een bijzondere wederzijdse vriendschap. Wittand bewijst al heel snel zijn moed en toewijding wanneer hij Jack beschermt tegen een reusachtige beer.
Doch terwijl de jongeman en zijn gids hun reis voortzetten, wordt Wittand weggehaald door een gewetenloze boef die hem wil dresseren tot gevechtshond. Door de talrijke slagen, bedreigingen en ontberingen waarvan Wittand het slachtoffer wordt, ontpopt de wolf zich plots tot een wild en bloeddorstig beest. Enkele weken later vindt Jack Wittand terug, gekwetst, uitgeput en amper herkenbaar. Hij kidnapt hem en doet alles om zijn vertrouwen en vriendschap terug te winnen.