The Bitch

Matig
The Bitch
1979
langspeelfilm
91 minuten

acteur/actrice (11)

Joan Collins Joan Collins → Fontaine Khaled
John Ratzenberger John Ratzenberger
Bill Nighy Bill Nighy
Kenneth Haigh → Arnold Rinstead
Michael Coby
Ian Hendry
Mark Burns
Sue Lloyd
Carolyn Seymour
Doug Fisher
Pamela Salem

regisseur (1)

Gerry O'Hara

producent (1)

John Quested

director of photography (1)

Denis Lewiston

uitvoerend producent (3)

Edward D. Simons
Oscar Lerman
Ron Kass

scenarist (1)

Gerry O'Hara

beeldmonteur (1)

Eddy Joseph

artdirector (1)

Malcolm Middleton

The Stud was zo’n succes in 1978 dat een vervolg niet kon uitblijven. De satijnen negligés waren amper droog of de sequel The Bitch liep al in de zalen. Wederom gedistribueerd door immomakelaar, casino- en café-eigenaar George Walker en opnieuw geproduceerd door Oscar Lerman en Ron Kass, de toenmalige echtgenotes van respectievelijk Jackie en Joan Collins.

Jackies roman werd net als de verfilming ervan in 1979 uitgebracht, en gaat verder waar The Stud – waarvan de roman al in 1969 verscheen – eindigde. Fontaine Khaled (Joan Collins) behoort nog steeds tot de Londense jetset, maar haar ster is tanende na haar scheiding. Haar disconachtclub is niet meer populair, en faillissement is nakend. Dat weerhoudt er haar niet van om nog steeds te rollebollen met manspersonen van divers allooi, zeker niet als ze in contact komt met een Italiaanse flierefluiter (Antonio Cantafora, acterend onder het pseudoniem Michael Coby) die in opdracht van de maffia in New York een diamant naar Londen smokkelt en willens nillens Fontaine Collins in de plot betrekt.

Nu ja plot … Gerry O’Hara – die ook het scenario schreef – slaagt er amper in om deze jetsetpulp coherent uit de doeken te doen. Er is geen tempo, geen aandachtsboog en geen degelijke narratieve overgang tussen de verschillende scènes. Om het anderhalfuur te vullen zet The Bitch – net als The Stud een jaar eerder – zwaar in op de toen razendpopulaire discorage. De film bevat nogal wat discoscènes om in te pikken op het succes van Saturday Night Fever en uiteraard ook om een van hits uitpulkende omkaderende elpee te kunnen uitbrengen. Al was de echte koopwaar voor het publiek in die tijd uiteraard de softporno waarmee de film was gepleisterd: een af en toe naakte Collins, een zwembadorgie en hier en daar nog een zwiepende borst … het bleek genoeg om ook van The Bitch een respectabel succes te maken. Al kwam er geen sequel meer. Althans niet in de echte zin van het woord, daar Jackie Collins en Lerman in 1979 ook nog de verfilming produceerden van Collins’ in 1968 verschenen debuutroman The World Is Full of Married Men. Ook discosexploitation, maar dan zonder Joan.

Neen, The Bitch moet je – duh – niet om kwalitatieve redenen aan het kijklijstje toevoegen, maar wel om te smullen van foute dingen die fout genoeg zijn om er een guilty Z-pleasure van te maken. Niet in het minst door de hilarische vertolking van cultacteur Cantafora die zo zijn best doet om de jongere broer van Omar Sharif te vertolken dat hij moeiteloos elke scène steelt waarin hij te zien is. Ook cult: de ringbaardiscovertolking van John Ratzenberger. En wie wil weten waar Bill Nighy voor het eerst te zien was: hier dus, in een ultrakorte verschijning als flower delivery boy.

Manna voor de fans van Z-cinema dit filmpje, al zal Joan Collins er zich alvast niet voor schamen: het was immers op basis van haar vertolkingen in The Stud en The Bitch dat ze door Aaron Spelling werd uitgekozen om televisiegeschiedenis te komen schrijven als – welja – teef Alexis Carrington in de negen seizoenen tellende eightiessoap Dynasty.

Alex De Rouck
Scène uit de film.


Synopsis

Het doel is om haar tanende, Londense disco te redden. En precies daarom houdt ze zich onder andere bezig met smokkel en paardenraces die gemanipuleerd worden...