The Amazing Spider-Man
verdeler
acteur/actrice (8)
regisseur (1)
producent (2)
Exact tien jaar nadat Sam Raimi zijn “Spider-Man”-trilogie aftrapte, komt Sony/Columbia al op de proppen met een nieuwe opstart. Met andere woorden: in dit bronverhaal krijgen we terug te zien hoe de schuchtere middelbare-scholier Peter Parker door de beet van een radioactief gemanipuleerde spin plots over superheldenkrachten beschikt. Uiteraard zijn heel wat plotpunten gelijk aan die van Raimi’s prent: met grote krachten komt nog steeds grote verantwoordelijkheid, oom Ben (hier vertolkt door Martin Sheen) gaat opnieuw dood etc. Toch zijn er heel wat verschillen: zo kiest Parker niet voor Mary Jane Watson, maar voor Gwen Stacy en is de slechterik van dienst niet The Green Goblin, maar The Green Lizard. Ook anders: de toon. Waar Raimi voluit ging voor gepolijst en grotendeels lichtvoetig stripentertainment, slaat “The Amazing Spider-Man” resoluut duistere paden in. Waarmee de makers aantonen dat ze dichter bij Nolans “The Dark Knight”-trilogie willen aansluiten dan bij Raimi’s drieluik.
En dat is al meteen duidelijk van in de eerste tien minuten. Daarin krijgen we te zien hoe een pakweg tienjarige Peter Parker door zijn vader Richard (Campbell Scott) en moeder Mary (Embeth Davidtz) bij zijn oom Ben (Martin Sheen) en tante May (Sally Field) wordt ondergebracht. Zelf verdwijnen ze als een dief in de nacht ‘omdat ze iets moeten doen’. Waarop de film een sprongetje maakt in de tijd. Peter (Andrew Garfield, goed op weg naar een mooi acteer-cv na al positief te zijn opgevallen in onder meer ‘Boy A.’, ‘Never Let Me Go’ en natuurlijk ‘The Social Network’) is uitgegroeid tot een timide jongeman met als passie fotografie. Wanneer hij toevallig een oude aktentas van zijn vader vindt, besluit hij uit te zoeken waarom zijn ouders verdwenen en in welke omstandigheden ze stierven. Hij brengt een bezoek aan OsCorp waar zijn vader samen met dr. Curt Connors (Rhys Ifans) aan een geheimzinnig project werkte. Peter ontdekt dat Connors verantwoordelijk is voor een project dat afgestorven menselijk weefsel kan recreëren met de hulp van hagedissen-DNA. Daar Connors zelf een arm mist, besluit hij op zichzelf te experimenteren, en uiteraard groeit de dokter daardoor uit tot een gigantische hagedis ('The Green Lizard' dus) die voor nogal wat ophef zorgt in New York. Tijdens zijn eerste bezoek aan OsCorp bijt een radioactieve spin Peter, en die ervaart al snel dat hij over superkrachten beschikt. Hij maakt een spinnenmankostuum (in het echt trouwens ontworpen door Cirque Du Soleil) en gebruikt door Oscorp gefabriceerde spinnendraad als wapen terwijl hij zich in de straten van New York profileert als onvervalste misdaadbestrijder. Wanneer op een avond oom Ben wordt vermoord door een overvaller, maakt hij er een erezaak van om de dader te klissen, al heeft hij echter snel de poten … euh, handen vol aan zijn strijd met The Green Lizard. En dan is er nog Gwen Stacy (Emma Roberts, net als Garfield goed bezig – zie o.a. “Easy A.”, “Crazy Stupid Love” en “The Help”), een klasgenote van Peter die hem wel ziet zitten. Omgekeerd is dat ook het geval, maar daar Gwen de dochter is van een plaatselijke politie-inspecteur (Denis Leary) die de vigilante-avonturen van Spider-Man maar niks vindt, moet Peter zowaar dubbel op zijn tellen passen.
Of hoe “The Amazing Spider-Man” dus niet volledig gelijk is aan het origineverhaal van Sam Raimi tien jaar terug. Gelukkig maar, al betekent dit niet dat deze film volledig aan het 'hebben we al gezien'-etiket kan ontsnappen. Ook de nogal opzichtige opstap naar een donkere ondertoon werkt niet altijd. Om Nolan te evenaren, zal deze trilogie nog flink wat boterhammetjes door de strot geduwd moeten krijgen. Trilogie ? Jawel, want inmiddels liet men bij Columbia horen dat er zeker nog twee vervolgen komen (het eerste wordt in mei 2014 in de zalen verwacht) op deze prent.
Regisseur Marc Webb (van het fijne romantische meesterwerkje “(500) Days Of Summer”) en Garfield en Roberts (en de rest van de cast) doen zeker hun best om met “The Amazing Spider-Man” volwaardig zomerentertainment af te leveren. Alleen acteert Garfield vaak te zichtbaar als een geslagen pup om echt te resoneren. Hij mag dan wel beter acteren dan Tobey Maguire, de Raimi-spinneman had toch meer schwung en was leuker om te zien. De reden hiervoor ligt niet zozeer bij Garfield zelf, maar vooral bij het scenario. Dat legt nogal zwaar de nadruk op het feit dat Parker gebukt gaat onder de nooit opgehelderde dood van zijn ouders, en verwerkt die plotwending bovendien als rode draad in dit en de komende delen (getuige de verborgen scène die halverwege de eindgeneriek de kop opsteekt). Een zwaarmoedige aanpak die (vooralsnog) niet volledig werkt en al lang niet origineel meer is, waardoor deze verhaalwending vooral naast het doel schiet.
Wel meer dan geslaagd: de hagediseffecten waarmee Rhys Ifans in een groene mutant veranderd. En ook de Spidey-swingscènes mogen er zijn. Die plusjes en minnetjes maken van “The Amazing Spider-Man” een tussen twee stoelen vallende zomerblockbuster: ’t zit te goed in elkaar om als overbodig vulsel te beschouwen, langs de andere kant is het te flets om echt te overtuigen. Het zullen dus vooral de sequels zijn die zullen bepalen in welke richting de balans overhelt. In afwachting daarvan uit sympathie toch alvast drie ragfijne sterren. Maar voor “The Amazing Spider-Man 2” toch graag een beetje extra oempf als het effe kan.
06-07-2012 | Plaats 1 | $ 62.004.688 |
13-07-2012 | Plaats 2 | $ 34.628.104 |
20-07-2012 | Plaats 3 | $ 10.887.111 |
27-07-2012 | Plaats 6 | $ 6.701.111 |
03-08-2012 | Plaats 8 | $ 4.400.315 |