Please Give

Goed
Please Give
2010
07/07/2010
langspeelfilm
91 minuten
komedie

verdeler

Sony Pictures Sony Pictures

acteur/actrice (6)

Catherine Keener Catherine Keener →  Kate
Oliver Platt Oliver Platt →  Alex
Amanda Peet Amanda Peet →  Mary
Rebecca Hall Rebecca Hall →  Rebecca
Sarah Steele →  Abby
Ann Morgan Guilbert →  Andra

regisseur (1)

Nicole Holofcener
Please Give

Vooroordelen zijn er om ontkracht te worden. Dat vrouwencinema geen appeal heeft voor de mannelijke filmliefhebber bijvoorbeeld. Je mag ons softies vinden, maar hier bij Filmfreak zijn wij alvast meer in onze nopjes met Nicole Holofceners amusante babbelfilmoeuvre dan met het gros van de over het paard getilde visuele effecten-extravaganza’s die we dit jaar al te zien kregen. Al is dat misschien een beetje appelen met peren vergelijken. Hoe dan ook, feit is dat ‘Please Give’ aangenaam kijkvoer is dat waarschijnlijk andermaal onder de radar van het grote publiek zijn ding zal moeten zien te doen in de zalen. Helemaal verwonderlijk is dat niet, daar de prent tijdens zijn premièreweek maar in drie Belgische zalen te zien is (twee in Antwerpen, een in Brussel).

Holofcener is geen veelfilmster (dit is haar vierde film op veertien jaar tijd), maar dusver heeft ze vrijwel een foutloos parcours afgelegd met een kwartet subliem uitgetekende vrouwen- en generatieportretten (“Walking & Talking”, “Lovely & Amazing” en “Friends With Money” zijn de drie vorige). Telkens met haar fetisjactrice Catherine Keener in een cruciale rol, die steevast wordt bijgestaan door een uitgelezen en goed gekozen cast van sterke karakteracteurs. Het tegelijkertijd lieve en venijnige “Please Give” moet niet onderdoen voor bovenstaand trio.

Please Give

Catherine Keener is Kate, die samen met haar echtgenoot Alex (Oliver Platt) aan de kost komt door meubels van gestorven bejaarde mensen op te kopen en aan woekerprijzen verder te verkopen als antiek of vintage. Ook al is er op zich niks mis met deze handel, helemaal goed voelt Kate er zich niet bij. Ze probeert haar geweten te sussen door de daklozen in haar omgeving af en toe een aalmoes toe te stoppen, tot grote frustratie van haar vijftienjarige dochter Abby (Sarah Steele) die te kampen heeft met de gebruikelijke tienerkwalen (puisten inclusief). Kate en Alex hebben ook al het appartement van de buren gekocht in de flat waar ze wonen. Al hebben ze de goodwill om de bejaarde bewoonster, de negentigjarige Andra (een bij vlagen hilarische Ann Guilbert) niet uit het appartement te jagen en gaan ze pas starten met de verbouwingen eens de vrouw is overleden.
Voor Andra’s kleindochter Mary (een uitstekende acterende Amanda Peet) kan die dag niet snel genoeg komen. De altijd bruingebrande schoonheidsspecialiste heeft het immers niet zo begrepen op de chagrijnige bes, en ziet elk verplicht bezoek als een teveel. Mary’s zus Rebecca (een eveneens uitstekend acterende Rebecca Hall) heeft wel een boon voor haar grootmoeder. Zij bezoekt haar zo goed als elke dag, doet haar boodschappen en houdt haar gezelschap. Deels omdat ze zelf als grijze muis (ze werkt als technisch helpster op een mammografieafdeling in een ziekenhuis) geen vriend heeft en ze de bezoekjes ook doet om zelf wat te doen te hebben. Beide zussen komen ongewild in het vaarwater van Kate, Alex en Sally en zo ontstaat een caleidoscoop van grote en kleine frustraties, haat en liefde, waarheden en leugens en andere onvermijdelijke dingen des levens.

Holofcener pakt alles opnieuw subtiel aan. Het zijn vaak de kleine details die deze film pittig, charmant en vaak soms erg stekelig maken. Neem nu de passie waarmee die hard New Yorkers uitkijken naar het herfstseizoen zodat ze in de herfstweekends naar het noorden kunnen trekken om naar de bladeren in herfstpracht te kijken. Op zich een onbelangrijk detail, maar het zegt wel wat over het leven in de stad versus het leven op het platteland. En toont aan dat het leven van de personages grotendeels en ietwat onvermijdelijk wordt getekend door de beslotenheid van de grootstad waarin ze wonen.

Please Give

Voorts heeft Holofcener als vanouds aandacht voor vrouwen uit alle geledingen: de oude grootmoeder en de opstandige tienerdochter krijgen allemaal hun plek onder de zon. Holofcener gaat zelden voor de bulderlach, maar laat de humor naturel voortvloeien uit de handelingen van de personages. Een aanpak die toch wel wat verschilt met die andere opper-New Yorker (Woody Allen dus) die bewust zoveel mogelijk oneliners in zijn films probeert te loodsen om het publiek op zijn hand te krijgen. Hetzelfde geldt voor de dramatiek: de echte pijn zit vaak in kleine scènes en dialogen verborgen en klemt zich daardoor net iets hechter vast dan bij films of cineasten die er schijnbaar bewust naar op zoek gaan. Getuige de korte, maar mooie scène waarin Kate zich geconfronteerd ziet met de geest van een overleden vrouw in haar favoriete zetel.

Holofcener mag dan wel de kunst verstaan om alles geïmproviseerd over te laten komen, ze houdt wel degelijk als een echte meester de scenariotouwtjes strak in handen. Wat van pakweg Nancy Meyers – min of meer haar grote blockbusterzus – niet kan worden gezegd. Voor degenen (m/v) die het nog hadden begrepen: het mooie en lieve “Please Give” is het ontdekken meer dan waard.

Alex De Rouck